Afgelopen zomer maakten wij een roadtrip door Zuid-Europa. Wat ons betreft is dit een ideale manier van reizen, omdat je veel vrijheid hebt. Je stopt overal waar je maar wilt en ziet zo een heleboel van een land. En eigenlijk is het ook nog eens heerlijk relaxed, je hoeft namelijk nergens te haasten voor een bus, trein of vliegtuig…
Het begin van onze roadtrip
We begonnen onze roadtrip door Zuid-Europa op 20 juli met als eerste stop Orléans in Frankrijk. Door corona hadden we alleen nog bij dit stadje een hotel geboekt, zodat we altijd een andere route konden nemen mocht het ergens niet goed gaan. Van tevoren hadden wij wel een paar plaatsen gekozen die we sowieso wilden zien tijdens de rondreis. Sowieso was het wel handig voor ons om een aantal plaatsen te kiezen, in verband met de elektrische auto die ook opgeladen moest worden op bepaalde punten. Dit verliep overigens echt heel goed. Wel is het belangrijk dat je enige voorbereiding treft hiervoor. Denk bijvoorbeeld aan de punten waar je de auto kunt opladen en welke pasjes / apps je nodig hebt hiervoor.
Carcassonne was een van die plaatsen die op ons lijstje stond en daar reden we dan ook de tweede dag van onze roadtrip naartoe. Aan het einde van de middag kwamen we aan bij ons super leuke appartementje: Aux Anges Gardiens. Zo’n typisch Frans huis met blauwe luiken, echt geweldig! Om er te komen reden we eerst door het kleine dorpje, net onder Carcassonne, met smalle weggetjes en oude huisjes. Een van die oude huisjes was dus het appartement dat wij geboekt hadden. Binnen in het huis liep je een prachtig oud herenhuis in met verschillende kamers. En achter het huis kwam je in een grote tuin in met een heerlijk zwembad. Hier serveerden ze ook een zelfgemaakt ontbijtje, die we onder de druiventakken op konden eten.
Carcassonne
Carcassonne is een Middeleeuwse vestingstad in het zuiden van Frankrijk. Normaalgesproken wordt het platgelopen door toeristen, maar nu was het er een stuk rustiger door Corona. Carcassonne staat sinds het jaar 1997 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. In Carcassonne wandel je door oude straatjes, langs vele bezienswaardigheden. Je waant je er echt even in de Middeleeuwen. Het bezoeken van het stadje is gratis, maar wil je een aantal bezienswaardigheden bezoeken dan betaal je er wel voor. Zo liepen wij over de muur, of eigenlijk tussen de binnen- en de buitenmuur van de vestingstad. Vanaf daar heb je regelmatig een mooi uitzicht langs de muren van het kasteel. Ook het kasteel is te bezoeken, alleen was dit door Corona helaas niet mogelijk dit jaar. In de vestingstad staat ook de prachtige Basiliek St. Nazaire. Aan het einde van de wandeling over de muur, hadden we een goed uitzicht op deze basiliek.
Na een dagje Carcassonne reden we weer terug naar ons appartement. Achter ons hadden we een mooi uitzicht over de gehele vesting. Zeker de moeite waard om dus ook even te stoppen. Wij zijn uitgestapt bij Pont Vieux. Vanaf deze brug heb je goed zicht op de vesting.
En mocht je de tijd hebben, dan is het ook zeker de moeite waard om Carcassonne in de avond te bezoeken. Overal gaan dan de lampjes aan en is het prachtig mooi verlicht. Het lijkt dan bijna alsof je door een sprookje loopt…
La Couvertoirade
De volgende stop die we gingen maken was bij Roussillon. Maar voordat we er naartoe reden, zijn we nog langs een ander dorpje gereden. Het voordeel van een roadtrip is dus dat je hier gewoon tijd voor hebt!
Zo reden we naar het tempeliersdorpje La Couvertoirade, verscholen in de bergen en bossen. Je loopt La Couvertoirade binnen door een hoge poort, waarna je je gelijk in de Middeleeuwen begeeft. Oude, hobbelige weggetjes leiden je door het vestingstadje. Hier en daar vind je wat winkeltjes in de oude pandjes. Even verderop komen we een oud kerkje tegen en ook het kasteel dat half in de rotsen is gebouwd. Wanneer je naar boven loopt, heb je een mooi uitzicht over de oude daken van het stadje. Het voelt bijna een beetje mysterieus om door het tempeliersdorpje heen te lopen. Het is zeker de moeite waard om er een kijkje te nemen wanneer je in de buurt bent! Mocht je het leuk vinden, dan kan je ook een audio-tour in het stadje doen. Parkeren doe je buiten het stadje en kost 4 euro.
Roussillon
Na dit kleine uitstapje reden we verder naar het plaatsje Roussillon. Een geweldig mooi, oker gekleurd dorpje, dat naast een bijzonder natuurgebied ligt. Van een afstandje ziet het er schilderachtig uit!
We begonnen met een wandeling door de okermijn naast het stadje, Sentier des Ocres genaamd. Voor een klein bedrag kun je een wandeling maken die ongeveer een uur duurt. Doe niet je nieuwe schoenen of kleding aan, want het okergele stof gaat niet heel makkelijk uit je kleding. En je schoenen krijgen sowieso een kleurtje. Wanneer je het gebied inloopt kom je al meteen in de felgekleurde vallei terecht. Dat je dit in Zuid-Frankrijk vindt, zou je misschien niet zo snel denken. Tijdens de wandeling kom je langs prachtige, rood-gele rotsen. Ze hebben soms de meest aparte vormen. Prachtig om te zien!
Nadat je door deze prachtige vallei bent gelopen, is een bezoek aan het stadje Roussillon ook zeker de moeite waard. Je loopt er door gezellige, oude straatjes vol met de oker gekleurde huisjes. Na de wandeling is het fijn om even wat te drinken op een van de gezellige terrasjes in het stadje. Wat ook heel leuk is om te doen, is een winkeltje binnen te lopen waar ze het poeder uit de vallei verkopen. Er wordt namelijk verf van gemaakt. De wanden in de winkeltjes staan bijna eindeloos vol met de potjes poeder in allerlei kleuren. Het is overigens niet moeilijk om zo’n winkeltje te vinden, want er zijn er echt genoeg van.
In de buurt van Roussillon vind je nog een bijzondere plek, namelijk de Abdij van Sénanque. Dit is een prachtig klooster dat tussen de lavendelvelden ligt. De abdij is gebouwd in de 12e eeuw en tegenwoordig woont er een monnikengemeenschap van de Order der Cisterciënzers. Het is mogelijk om bepaalde delen van de abdij te bezichtigen tijdens een rondleiding.
Op weg naar Toscane
Omdat we een reis van Roussillon direct naar Toscane te ver vonden, zijn we nog even gestopt bij Nice. Deze gezellige stad ligt mooi in het midden van dit stuk van de reis. En prima om een nachtje te overnachten en de oude stad te bezoeken. Of, zoals wij ook deden, gewoon lekker neer te ploffen op een van de terrasjes en verse mosselen te eten.
De volgende ochtend vertrokken we op tijd naar Toscane. Waar we vlakbij San Gimignano een ontzettend leuk appartement hadden geboekt: Il Rosolaccio. Een prachtige Toscaanse boerderij bovenop een heuvel, tussen olijfbomen, druivenranken en cipressen. Vanuit de kamers heb je een heel mooi uitzicht over de heuvels van Toscane. En ‘s avonds is het mogelijk om een heerlijk diner bij te wonen, terwijl je geniet van de zon die langzaam achter de heuvels verdwijnt en de vele vogels die hun avondconcert geven. Het was hier zo leuk, dat we besloten om er langer te blijven en even lekker tot rust te komen. In de tijd dat we hier waren, bezochten we verschillende stadjes en natuurgebieden. En ook vanuit de accommodatie was het mogelijk om verschillende wandeltochten te doen in de omgeving.
San Gimignano
San Gimignano, een van de bekendste Toscaanse stadjes dat ook wel ”Manhattan van de Middeleeuwen” wordt genoemd. En dat is niet heel raar, want in het stadje vind je 14 oude torens. Vroeger waren het er zelfs 72! Een van de bekendere torens is de Torre Grossa, welke je ook kunt beklimmen. Wij maakten een heerlijke wandeling door de oude straatjes van San Gimignano. Zo kwamen we langs de verschillende kerken, basilieken en pleintjes van het stadje. Ook hier lijkt het even alsof je in de Middeleeuwen bent. Wist je dat het oude centrum zelfs op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat?!
Nog meer leuke stadjes
Ook bezochten we de stad Siena. Een echte oude, Toscaanse stad met prachtige gebouwen en indrukwekkende pleinen. Er is veel te zien en te doen in de stad, waaronder het bezichtigen van de kathedraal van Siena. Een kaartje om de kathedraal van binnen te bekijken, konden we gratis halen.
Een andere geweldige en gezellige stad is Florence. Ook hier vind je prachtige gebouwen en gezellige pleinen. En niet te missen is de prachtig mooie kathedraal van Florence. De koepel is van ver al te zien! Maar er is nog veel meer te zien in de stad, bijvoorbeeld de bekende brug Ponte Vecchio met allerlei kleine juwelierswinkeltjes.
Pisa en Lucca waren twee stadjes die wij op een dag gecombineerd hebben. Een bezoekje aan de toren van Pisa mag natuurlijk niet ontbreken bij een rondreis door Toscane. Door corona was het gelukkig vrij rustig op deze plek, want normaal gesproken kan het er ontzettend druk zijn in de zomerperiode. In Lucca vind je grote stadsmuren, waar je doorheen kunt lopen. Mocht je het leuk vinden, dan kan je ook een fiets huren om over de stadmuren heen te fietsen.
En dan heb je nog het stadje Volterra, gelegen tussen de glooiende heuvels van Toscane. Je komt er binnen door een imposante poort, waarna je na een hoop trappen in het oude centrum staat. Ook hier loop je door oude straatjes en over gezellige pleintjes. Je vindt in Volterra veel mooie bezienswaardigheden!
Toscaanse natuur
Naast de vele stadjes in Toscane, vind je er ook prachtige natuur. Wij bezochten een aantal natuurlijke baden, waaronder Bagni San Filippo en Bagno Vignoni. In Wie is de mol kwam de laatste van de twee ook voor, wat erg leuk was om te zien! Rondom deze natuurlijke baden vind je ook prachtige landschappen. Het is alleen al een feestje om naar de baden te rijden door dit gebied!
Bij Bagni San Filippo vind je prachtige witte kalkrotsen, waarover wat water sijpelt. Indrukwekkend om te zien! Wel moet je er niet teveel door je neus ademen, want stinken deed het er wel. Wat ook handig is, is om wat contant geld mee te nemen voor in de parkeerautomaten. Bij ons werkte de pin en/of creditcard niet.
Midden in het stadje Bagno Vignoni vind je een bassin op het Piazza delle Sorgenti. Het water stroomt hier uit de grond met een temperatuur van ongeveer 50 graden Celsius. Dit water sijpelt langs rotswanden naar beneden, waar het terecht komt in de rivier en het natuurbad. Vanaf het bovengelegen park heb je hier mooi zicht op.
Een bezoekje aan Venetië
Na 10 dagen Toscane, zijn we verder gereden naar Venetië. Dit was wel het moment om deze stad te bewonderen zonder al te veel toeristen. We hebben gekozen om 2 nachten te blijven, zodat we 1 dag hadden om alles te bekijken. We verblijven in een appartementje net buiten Venetië. In de stad konden we de auto prima parkeren en gingen we verder met de boot. Een dagkaart voor deze boot kost 20 euro voor 24 uur. Je kunt dan telkens met de waterbus gaan waar je maar wilt. Wij vonden het erg handig.
Venetië zelf was schitterend om te zien! De vele bruggetjes, pleinen en het blauwe water was echt genieten. En ook het theater is heel mooi om te zien! Wat ook erg leuk is om te doen, is met de waterbus naar het eiland Burano gaan. Dit ligt niet heel ver van Venetië en je vindt er vrolijke, gekleurde huisjes overal.
Richting Zwitserland
Na Italië ging onze reis verder naar Zwitserland. We verbleven daar een midweek, vlakbij het stadje Grindelwald. In dit gebied vind je prachtig mooie dalen met veel watervallen. Wij bezochten er meerdere, maar een waterval was toch wel heel bijzonder: de Trümmelbachwatervallen. Deze waterval bevindt zich in een rots. Wanneer je naar binnen loopt zijn de watervallen al luid en duidelijk aanwezig. Bijna een oorverdovend gebulder hoor je hier. Het water stroomt met een enorme kracht tussen de rotswanden door. De Trümmelbachwatervallen zijn de grootste onderaardse watervallen in Europa.
Kijk in het dal ook eens naar boven als het donker is. Je ziet er, wanneer het niet bewolkt is, een prachtige sterrenhemel! We konden zelfs een stukje van de Melkweg zien!
In deze regio vind je ook de bekende Jungfraujoch, ook wel het Dak van Europa genoemd. Het is echt niet goedkoop om het te bezichtigen, maar wij vonden het wel de moeite waard om het gezien te hebben. Je gaat met een treintje naar boven. Hier ligt ook het hoogstgelegen treinstation van Europa. Bovenop de berg, van 3454 meter hoog, kijk je heel ver weg over het landschap en de bergtoppen. Aan de andere kant is de gletsjer te zien, wat ook echt indrukwekkend is. Bekijk van tevoren wat het weer wordt die dag, want je wilt niet zoveel geld uitgeven om tegen een wolk aan te kijken. Wij waren ‘s ochtends rond half 10 met het treintje naar boven gegaan en gingen rond 2 uur weer naar beneden. Je hebt dus wel even wat tijd nodig boven. Het is handig om er gewoon een dag voor uit te trekken.
Vanuit Grindelwald is een uitstapje naar Bern ook goed te doen. Wij vonden het echt een hele leuke stad om te bezoeken. In de zomer drijven mensen mee in de rivier de Aare. Leuk om aan de rand van de rivier te genieten van het zonnetje, terwijl je voeten in het koude water hangen. Of misschien durf je het ook wel aan om mee te gaan in de rivier.. Naast de rivier vind je het berenverblijf van Bern, het symbool van de stad. In Bern zijn alle bezienswaardigheden prima aan te lopen. Wij maakten dan ook gewoon een fijne stadswandeling en ploften ‘s avonds neer op een van de gezellige terrasjes.
Het einde van de roadtrip
In een keer door naar huis vonden we net iets te ver om deze roadtrip door Zuid-Europa mee af te sluiten. Daarom besloten we om nog een stop te maken in Frankfurt. Hier hebben we nog even genoten voordat we dan echt naar huis zouden gaan. Zo zat een roadtrip van bijna 4 weken er al weer op, maar wat hebben we ontzettend genoten. En wat zijn we blij dat we deze reis, ondanks corona, toch nog goed hebben kunnen maken! Wij raden een roadtrip door Zuid-Europa zeker aan!